Hans Danziger, geboren 15-7-1892 Berlijn - vermoord 28-02-1943 Schoppinitz
Elsbeth Danziger-Herschkowitsch, geboren 10-04-1904 Jena - vermoord 5-10-1942 Auschwitz
Evelijn Esther Danziger, geboren 25-09-1934 Londen - vermoord 5-10-1942 Auschwitz
Harry Mordechai Danziger, geboren 11-12-1936 Den Haag - vermoord 5-10-1942 Auschwitz
De gezinsleden Danziger bereikten de leeftijd van jaar 50, 38, 8 en 5 jaar.
Hans Danziger ontvluchtte Berlijn in 1933 en opende een Joods internaat in Scheveningen. Hij liet in Duitsland vrouw en twee kinderen achter na een huwelijk dat in een echtscheiding was geëindigd. In 1934 hertrouwde hij in Den Haag met Elsbeth Herschkowitsch die lerares wis- en natuurkunde was aan het internaat. Zij kregen twee kinderen, Evelijn in 1934 en Harry in 1936. Zij woonden in Scheveningen aan de Havenkade 19.
Na de Duitse inval in 1940 werd op last van de bezetter het Haagse kustgebied ontruimd voor de aanleg van de Atlantikwall. Een aantal Haagse Joden vond in De Bilt/Bilthoven een onderkomen en onder hen het gezin Danziger.
Op 19 oktober 1940 vestigde het gezin Danziger zich met dienstbode, in Hessenweg 220. Het gezin kreeg echter ook hier te maken met toenemende anti-joodse maatregelen en zoals alle andere joden in De Bilt werden zij in mei 1942 gedwongen te verhuizen naar Amsterdam, Jodenbreestraat 73 3 hoog. Amsterdam was door de nazi's aangewezen als een verzamelplaats voor Joden die naar Westerbork moesten worden gebracht. Na een oproep zich te melden, na een razzia of huiszoeking was Westerbork voor hen het volgende station op weg naar de ondergang. Het gezin Danziger komt in juli of september in Westerbork aan. Op 2 oktober 1942 zijn zij op transport gezet naar Auschwitz. Elsbeth Herschkowitz en haar twee kinderen Evelijn en Harry zijn daar direct na aankomst in de gaskamers omgebracht, 38 jaar, 8 jaar en 5 jaar oud. Hans Danziger is "geselecteerd" voor dwangarbeid en heeft nog ellendige maanden moeten doormaken tot zijn dood op 28 februari 1943 in het werkkamp Schoppinitz.
Het gezin Danziger heeft één jaar en zeven maanden in de Hessenweg gewoond. Het was hun laatste min of meer vrijwillig gekozen verblijfplaats.
De inwonende dienstbode Alice Rothschild, was ook van joodse afkomst maar zij is niet meeverhuisd naar Amsterdam. Zij is in De Bilt achtergebleven en op 31 juli 1942 getrouwd met Walther Jeidel, die ook een Duits-Joodse vluchteling was en met zijn ouders verderop in de Hessenweg woonde, op nummer 240. In het gemeentearchief bevindt zich de keurig opgemaakte trouwakte met alle handtekeningen van het echtpaar en getuigen. Het is bizar om te zien hoe het drama zich daarna heeft voltrokken: Alice Jeidel-Rothschild is op 18 augustus 1942 in Westerbork aangekomen, op 28 augustus op transport gezet en op 31 augustus in Auschwitz vermoord, precies één maand na haar trouwdag. Haar echtgenoot Walther Jeidel is op 30 april 1943 in Auschwitz omgekomen. Voor hen beiden willen we nog struikelstenen leggen bij Hessenweg 240.
Zoals vermeld had Hans Danziger twee kinderen uit zijn eerste huwelijk in Berlijn: Helmut (1922) en Werner (1924). Deze zijn in 1938 ook naar Nederland gevlucht en kwamen na omzwervingen in verschillende opvangcentra uiteindelijk terecht in kamp Westerbork dat toen nog een Nederlands opvangkamp was voor Joodse vluchtelingen. Nadat de nazi's het kamp in 1942 hadden overgenomen werden zij met een van de eerste transporten naar Auschwitz gedeporteerd. Helmut is daar op 19 aug 1942 vermoord. Werner Danziger heeft Auschwitz weten te overleven. Na de oorlog heeft hij in Nederland een bestaan opgebouwd. Hij veranderde zijn voornaam in Wouter en werd leraar wiskunde aan het Stedelijk Gymnasium in Haarlem. In de jaren tachtig heeft mijn vrouw hem daar als collega leren kennen. Mijn vrouw herinnert zich hem als een erudiete en aimabele man, klein van stuk. Hij ging gebukt onder het "schuldgevoel van de overlever". In 2010 is hij kinderloos overleden.
ET